Redactioneel

Over secularisatie zijn dikke boeken vol geschreven. De vraag waarom mensen afscheid nemen van kerk en geloof heeft al veel pennen in beweging gebracht. In Nederland zijn het zowel protestanten als katholieken die klappen hebben gekregen in de afgelopen decennia. De teloorgang van het rijke roomse leven en de parade der mannenbroeders komt dichtbij in de persoonlijke secularisatieverhalen van Jos Palm en Geert Mak, om maar twee van de vele kroniekschrijvers van de secularisatie te noemen. Bij hen geen sociologische beschouwing, maar die wonderlijke mix van bewust afstand nemen en terugverlangen naar hoe het was. Secularisatie doet pijn. Met name bij het sterven van ouders en grootouders komt alles weer terug. De vader van Geert Mak werd toen hij stierf ‘door de engelen gedragen’ en de broers en zussen van Jos Palm keerden bij de begrafenis van hun vader voor één dag terug in de schoot van de moederkerk.

Het secularisatieverhaal in ons land staat onder het teken van het hellend vlak: ook al doet het pijn, het is niet te stoppen. Elders in Europa lijkt het al niet veel beter. Het einde van het protestantisme is op veel plaatsen met de handen te tasten. Onze laatste vakantie was in Oostenrijk. In Bregenz hebben de volgelingen van Luther en Zwingli ternauwernood de roomse overheersing overleefd; de Verlichting kwam voor hen net op tijd.  Tijdens de kerkdienst werd ik toch een beetje treurig: dit handjevol mensen zou heel goed de laatste generatie kunnen zijn. Maar de roomse volkskerk in Vorarlberg is springlevend. Al keuvelend met onze gastvrouw kwam ik erachter dat zij wat minder geloof hechtte in de ‘hellend vlak’- versie van secularisatie. Ja, natuurlijk, als mensen achttien zijn, zie je ze niet meer in de kerk. Maar, geen nood, als ze een gezin krijgen, komen ze vanzelf terug, ze zijn hooguit tien jaar weg. Zo zit dat. Inderdaad was het rond en in de dorpskerk een drukte van belang en de activiteitenagenda in het Kirchenblatt deed niet onder voor die in een kerkbode uit onze biblebelt. Een passende grachtengordelverklaring voor de ogenschijnlijke bloei van de kerk in onze vakantiestreek kon ik zo snel niet bedenken. Want zo achterlijk en achtergebleven waren de mensen die ik sprak nu ook weer niet.

U vindt in deze Wapenveld een artikel van de Britse socioloog David Martin die het eens is met de Oostenrijkse boerin. Religie neemt niet altijd af als wetenschap toeneemt. Hij onderbouwt deze stelling in een geleerd en voornaam betoog, dat u als lezer wat langer dan gebruikelijk in uw stoel zal vasthouden. Maar dat is dan ook de moeite waard. Martin heeft veel aandacht voor historische details, die ervoor zorgen dat de ‘hellend vlak’-theorie lang niet altijd opgaat. Vorarlberg is anders dan de Randstad, Amerika is een ander verhaal dan Europa. Martin trekt van leer tegen de faculty club van wetenschappers, die zo in hun eigen gedachten besloten zitten, dat ze vergeten te onderzoeken wat er echt aan de hand is. Het stuk van Martin is in het kader van onze jaarserie speciaal door Wapenveld vertaald en we hopen dat het zal bijdragen aan de Nederlandse discussie over secularisatie.

In dit nummer gaan we nog even verder op de samenhang tussen religie en sociologie. VU-econoom Peter Mulder herleest het bekende werk van Max Weber Protestantse ethiek en de geest van het kapitalisme, dat recent in een Nederlandse vertaling uitkwam. Mulder ontstijgt de gedachte dat de Weber-these – protestanten doen het maatschappelijk goed dankzij de leer van de uitverkiezing – achterhaald is, door deze te hernemen. Kunnen protestanten en katholieken anno 2013 laten zien hoe hun godsvrucht zich vertaalt in betere politieke instituties? Dit nummer besluit met een ouderwets Wapenveld-interview en een introductie op het komende congres van de RRQR, de oudledenvereniging van de christelijke studentenverenging CSFR, op zaterdag 9 november.