Nog vitaal genoeg?

Is het gereformeerd belijden nog vitaal genoeg voor de 21e eeuw? De organisatoren van het op 27 november 1999 gehouden RRQR-congres lieten het vraagteken weg. Ik heb de indruk dat ze dat er wel min of meer in door wilden laten klinken. Intussen heb ik al mensen ontmoet die vinden dat je dat niet mag doen. Je moet voor alle duidelijkheid blijven poneren dat de gereformeerde orthodoxie vitaliteit genoeg bezit voor minstens nog een eeuw en als het nodig is wel een heel millennium. Daarom: weg dat vraagteken, zet liever een uitroepteken.

Die stelligheid gaat mij te ver. Niet dat ik twijfel aan de kracht van het gereformeerd belijden. Maar het riekt me te veel naar zelfvoldaanheid. Zo'n standpunt zet de interne kritiek min of meer buitenspel. Het laat het voorkomen alsof het gereformeerde puur voorhanden is in de gelijknamige gezindte. Het fijne goud is er flink verdonkerd en dat naar verschillende kanten. Van de Beek zei nogal badinerend dat in de Gereformeerde Bond Arminius het van Gomarus heeft gewonnen. Het zou best zo kunnen zijn. Er zijn er wel meer die dit schrijven. Hoe het ook zij, zelfonderzoek op gezette tijden lijkt me juist een gereformeerd mens op het hart geschreven. De bijdragen van Van de Beek en Plaisier waren voor mij op dàt punt heldere spiegels. Rationeel-gereformeerden weten het mij altijd veel te goed. Juist bevindelijk-gereformeerden weten dat ze juist in dat ge-reformeerde zoveel tekortkomen.

Geen pretje

Ik wil het best weten: ik vind het lang niet altijd een pretje om gereformeerd te zijn. Vooral niet om het te blijven en het almeer te worden. Ik bedoel daarmee het helemaal niet vanzelfsprekend te vinden dat ik het nog altijd ben, voorzover je dat van jezelf kunt zeggen. Het woord maakt het al duidelijk: ge-reformeerd. Het is niet zoiets als een aangeboren eigenschap, een karaktertrek. Het is niet iets van je genen of DNA. Gereformeerd zijn getuigt van een genadige realiteit in je leven. De oorsprong ervan ligt niet in jezelf. Het is je overkomen dankzij ontferming van elders. En als je het werd, moet je het altijd door weer worden. Je bent en blijft in behandeling. Je leven lang. Geen pretje, schreef ik. Omdat het je steeds houdt onder de kritiek van het Woord. Ik kan althans begrijpen dat weldenkende mensen eronder wegkruipen, ook al betreur ik dat uiteraard.

Verwrongen

Het authentiek-gereformeerde ben ik de jaren door soms in verwrongen vormen tegengekomen. `Zodra gereformeerd ultra-gereformeerd wordt, belandt je in de meest bizarre ketterijen', luidde de stelling van A.A. van Ruler in een bekend geraakt artikel dat hij schreef kort voor zijn onverwacht overlijden in 1970.

In zuivere vorm is gereformeerd belijden bevrijdend. Maar zodra er mengvormen optreden, wordt het knellend, wurgend, wettisch, hard en mensvernederend.

Het is ons lang niet altijd gelukt om het gereformeerde in zijn bevrijdende kracht door te geven. Heeft dat niet onder andere te maken met wat ik al aanduidde als de zelfgenoegzaamheid die doorklinkt in het `wij gereformeerden' of in het `wij hebben de waarheid'. Wat gereformeerd bedoelt te zijn stolt in reeksen artikelen van een historisch gestempelde confessie. De dynamiek verdwijnt eruit. Wij nemen de waarheid inderdaad in beheer als fondsen uit het verleden (zo ongeveer: A.J. Plaisier). Waarheid wordt een leer, een systeem. Het leven raakt eruit en de dood komt in de pot. Daarom roepen we waarschijnlijk zo vaak dat het op bevinding aankomt.

Van de Beek vindt veel preken in hervormd-gereformeerde kring voorspelbaar. De vrijmoedigheid van het Woord ontbreekt tezeer in veel verkondiging. Voorgangers durven niet door te preken. Plaisier zei het scherp maar in veel opzichten juist: voorgangers en gemeenteleden houden elkaar in gijzeling.

Stuiten we hier ook weer niet op een schaduwkant zo eigen aan wat gereformeerd onder ons is geworden: de krampachtigheid en de angst om ook maar iets van de inhoud kwijt te raken.

Dynamiek

Vitaliteit heeft alles te maken met dynamiek. Er schuilt kracht in het Evangelie. Helaas wordt die kracht al tezeer gebroken door onnodig conservatisme en burgerlijkheid. In het hangen aan uiterlijkheden wordt de innerlijke kracht onderdrukt. Ontzettend jammer en eigenlijk droevig wordt het gereformeerd beginsel in sommige situaties daardoor van zijn kracht beroofd. Kneuterigheid en kleingeestigheid zetten de trend. We moeten af van het vaak zo wereldvreemde gedrag. We blokkeren onnodig naar de buitenwacht door soms hard en veroordelend op te treden. We sluiten zo makkelijk mensen buiten. Buiten onze plaatselijke gemeente, buiten onze kring, buiten onze kerken. Wie geleerd heeft te leven uit de rechtvaardiging van de goddeloze kan toch eigenlijk nooit meer iemand afschrijven?

Gereformeerde Bond

De `ongevraagde adviezen' werden gericht aan de Gereformeerde Bond. Ik acht de Bond in zijn thans negentigjarig bestaan van grote betekenis voor een deel van de Hervormde Gemeenten. Er is veel werk verzet in de toerusting van aanstaande predikanten op het gebied van opleiding en begeleiding. Gemeenten zijn gevormd - met name haar ambtsdragers - door voorlichtende artikelen in het wekelijks orgaan De Waarheidsvriend. Conferenties en ambtsdragersvergaderingen stelden de hete hangijzers van de kerkelijke problematiek aan de orde. Veel publicaties op velerlei terrein vonden hun weg naar genoemde gemeenten. Organisatorisch is de Bond uitgegroeid tot een factor van betekenis in het geheel van de gereformeerde gezindte.

Als beweging lopen we wel in sommige heel wezenlijke zaken achter de feiten aan, althans tot die conclusie ben ik zelf meer en meer gekomen. Ik denk dan aan de kwestie van de bijbelvertaling, de berijming van de psalmen, het gebruik van het nieuwtestamentisch lied, bezinning op nieuwe liturgische geschriften voor gebruik bij de sacramenten en in andere bijzondere diensten. De overigens respectabele inzet om op te blijven komen voor een werkelijk gereformeerde kerk, zo ooit SoW tot een nieuwe kerk mocht leiden, heeft geleid tot hopeloze onderlinge verbrokkeling en verwarring. Het grote accent op de organisatie van de Bond heeft het al aanwezige groepsdenken alleen maar versterkt. We zijn steeds meer een kerk binnen de kerk geworden en het zicht op de hele kerk is nauwelijks nog aanwezig. Wie ervoor kiest om gereformeerd te zijn in een almeer pluraal geworden Nederlands Hervormde Kerk, die kan nu niet ineens alles op haren en snaren zetten om alsnog zijn gelijk te krijgen. Het zou beter zijn als we het gereformeerde in zijn oorspronkelijke, authentieke vorm zouden weten in te dragen in kerk en samenleving, ook in de eeuw die intussen begonnen is. God heeft ons toch niet opgedragen te strijden voor een zuivere kerk, maar wel om op te komen voor het klare Evangelie van de Heere Jezus Christus daar waar wij ons van Godswege geplaatst weten.

Nog vitaal genoeg? Zeker weten als we bereid blijven de onderste weg te gaan.