Schandalen op de set en achter de schermen

In de aanloop naar de Oscaruitreiking, maar misschien nog wel het meest erná, bleek maar weer eens dat Hollywood moeite heeft om zich tot de gevolgen van de MeToo-affaire en veranderende visies op diversiteit te verhouden. Ruim voor de uitreiking ontstond commotie omdat de beoogde presentator Kevin Hart zich in het verleden homofoob had uitgelaten op Twitter. Resultaat: grote ophef en Hart trok zich terug. De winnaar van de Oscar voor Beste Film, Green Room, zorgde ook voor veel commotie. Digitaal werd de film neergesabeld wegens ‘latent racistisch’.

Het zou het zoveelste voorbeeld zijn van de witte man van middelbare leeftijd die de tijdgeest niet aanvoelt. Een van de andere grote winnaars, het Mexicaanse Roma (zie vorige nummer van Wapenveld) riep ook boze reacties op. De film is gefinancierd en geproduceerd door Netflix en volgens veel bioscoopketens en -exploitanten is het oneerlijk dat een ‘televisiefilm’ nu mee gaat dingen met ‘bioscoopprijzen’.

Kortom, het is ingewikkeld in filmland tegenwoordig. Los van de vraag welke toekomst cinema op het grote doek nog heeft in een wereld waarin iedereen is vergroeid met zijn smartphone, is er ook een veranderde houding van het publiek ten opzichte van racisme en seksisme. Al jaren zijn er geruchten van schandalen in de filmbranche, zowel op de set als achter de schermen, maar niemand leek zich daar veel van aan te trekken, tot de Amerikaanse filmbaas Harvey Weinstein in opspraak kwam en de MeToo-affaire losbarstte. Inmiddels is een beschuldiging van seksueel ongepast gedrag voldoende om van de credits van een film geschrapt te worden, uit vrees dat er anders niemand naar de bioscoop komt.

Deze radicale reacties roepen wel de vraag op naar de verhouding tussen het kunstwerk zelf en de makers ervan. Als de makers zich slecht gedragen, betekent dat dan ook dat de film niet de moeite waard is? Betekent genieten van een film ook automatisch dat je de levensstijl van de acteur of regisseur accepteert? Het is een vraag die al langer speelt, maar pas na het MeToo-debat wordt er vaker ingegrepen.

Zo zijn onder meer de regisseurs Roman Polanski en Woody Allen al jaren geleden beschuldigd van misbruik en/of pedofilie maar had dit tot voor kort geen grote weerslag op hun carrière. Polanski is in 1998 veroordeeld voor seks met een 13-jarig meisje en woont sindsdien buiten de Verenigde Staten om de rest van zijn celstraf te ontlopen. Allen wordt door zijn ex-vrouw beschuldigd van misbruik van hun geadopteerde dochter. Betekent dit dan ook dat films als The Pianist (Polanski), Carnage (Polanski) of Blue Jasmine (Allen) minder waard zijn of met goed fatsoen niet uitgebracht hadden mogen worden? Dat ligt ingewikkelder, want de films zelf zijn prachtig en tot nadenken stemmend.

‘Erg bedroefd’
Tot voor kort sloeg de balans tussen artistieke criteria en morele criteria daarom vaak door naar de artistieke kant. Wat filmmakers en producenten achter de schermen uitvoerden werd onder het tapijt geveegd of althans niet meegewogen in de receptie van hun films. Toch knaagt dit en begint er ook hier iets te veranderen. In 2014 zou Polanski tijdens het Filmfestival van Locarno een Life Time Achievement Award ontvangen voor zijn hele oeuvre, maar er werd zo sterk geprotesteerd door de Zwitserse pers en politiek dat Polanski weigerde naar het Zwitserse festival te komen. 

Festivaldirecteur Carlo Chatrian reageerde gebeten in de Hollywood Reporter: ‘Het is bedroevend als een kunstenaar zich niet kan uitdrukken. (...) Ik hoop dat dit een kans is voor het festival om opnieuw voor het voetlicht te brengen dat festivals een ontmoetingsplaats zijn en een vrijplaats.’ Het festival deed bovendien een verklaring uitgaan waarin werd opgemerkt: ‘We zijn erg bedroefd dat het publiek een belangrijke kans op culturele verrijking wordt onthouden.’ Hier liepen de publieke opinie en artistieke visie nog uiteen.Het is niet de vraag of de regisseur aardig is, of boven alle twijfel verheven

Na het MeToo-debat lijkt men ook in de industrie echter ook voorzichtiger te worden. Zo weigert Amazon momenteel om Woody Allens nieuwe film A Rainy Day uit te brengen. De film werd al in 2017 voltooid maar ligt nu op de plank omdat in de nadagen van het MeToo-debat ook de oude beschuldigingen van Allens dochter Dylan Farrow weer werden opgerakeld. Al is het verhaal rond Allen al bekend sinds de vroege jaren negentig en is Allen nooit officieel veroordeeld, nu begint Hollywood zich toch langzamerhand van de regisseur af te keren. Diverse acteurs vertelden spijt te hebben dat ze met Allen hebben samengewerkt. Zelfs hoofdrolspeler Timothée Chalamet distantieert zich van A Rainy Day – hij doneerde zelfs zijn salaris aan een goed doel. Als een acteur al geen geld wil verdienen aan zijn film, dan is er op zijn minst een risico dat ook het publiek de film links zal gaan laten liggen. Dat gaat Amazon geld kosten en dus trekken ze zich liever helemaal terug.

Het blijkt, kortom, moeilijk om met het onderwerp om te gaan. Kunnen we de films van Roman Polanski of Woody Allen nog wel met goed fatsoen bekijken? Kunnen we nog genieten van de muziek van Michael Jackson of Ryan Adams?

Amos Oz
In dit verband moet ik dan vaak denken aan de woorden van de Israëlische schrijver Amos Oz in zijn autobiografische magnum opus Verhaal van Liefde en Duisternis (2002): Het gaat niet om wat schrijvers (in dit geval de filmmakers of de acteurs) in hun leven voor escapades uithalen, het gaat erom wat een boek (of in dit geval film) met jou als lezer/kijker doet. Dat bepaalt de waarde van het werk als kunstwerk.

Uiteindelijk is de vraag niet of een film een bioscoopfilm is of een televisiefilm maar of het een goed verhaal vertelt, dat je als kijker raakt en de ruimte geeft om ook jouw eigen leven te overdenken. Net zomin is het de vraag of een regisseur aardig is of boven alle morele twijfel verheven, maar of hij/zij een verhaal vertelt dat de moeite waard is.

Dr. A.C. van Hell promoveerde op de relatie tussen de toe-eigening van films en de religieuze identiteit bij orthodox-protestantse filmkijkers. Ze is docent aan de Christelijke Hogeschool Ede en freelance filmrecensent.