Redactioneel

Vorige week was ik op mijn werk net de dans ontsprongen. De Sint was er, maar ik niet. Van eerdere keren herinner ik me dat ik er dan niet aan ontkom een sinterklaasliedje te zingen voor het front van mijn collega’s. Wat anders niet zou kunnen, is zodra de bisschop verschijnt de gewoonste zaak van de wereld. De betekenis van zo’n festijn moeten we volgens Frank Petter, de burgemeester van Breda, niet onderschatten. Hier wordt de eenheid van de mensheid verbeeld. Relativeren van verhoudingen hoort daarbij. Het zingen van een sinterklaasliedje levert meer goodwill dan het halen van een dozijn targets. Maar nu wordt het spannend volgens de burgemeester: dit soort rituelen moet wel inclusief zijn. Wie niet mee kan doen met de jolijt voelt zicht extra uitgesloten. Met alle gevolgen van dien. Dat is een van de redenen waarom de discussie over Zwarte Piet niet onschuldig is.

Petter schrijft in Wapenveld een afsluitend artikel in de jaarserie over ons gemeenschappelijke huis. Hij signaleert dat het vinden van gemeenschappelijke verbeelding lastig wordt zodra niet iedereen meer kan meedoen. Hij doelt op meer dan alleen carnaval of Sinterklaas; ook het herdenken van het verleden hoort erbij. Hoe voorkomen we dat we niet alleen bezig zijn met het bevestigen van onze groepsidentiteit? Werk aan de winkel dus voor burgemeesters, die immers de boel bij elkaar moeten houden. Petter brengt ideeën in uit het werk van de theoloog Ernst Lange om de discussie verder te helpen. Lange introduceert het begrip ‘borg staan’. Dat opent een weg naar een gemeenschap geworteld in relaties tussen mensen die uiteindelijk de hele wereld omvat.

Ariën Voogt zorgt opnieuw voor een getuige uit politiek-theologische hoek. In zijn slotakkoord brengt hij de jezuïtische denker Michel de Certeau voor het voetlicht. De Certeau helpt ons te beseffen dat leven in een gemeenschap geen koesteren is van je eigen gelijk, maar jezelf op het spel zetten.

Ook Arjan Plaisier schrijf zijn – voorlopige – slot in een serie essays over basisbegrippen van het christelijk geloof. Plaisier is een soort Geert Mak van de theologie. In korte zinnen vat hij boekenkasten samen, terwijl de urgentie van wat hij schrijft onveranderd hoog blijft. We nemen in dit nummer ook afscheid van Rinke van Hell. Ze heeft als eerste in Wapenveld geschreven over films. We markeren haar afscheid met een interview waarin ze ons als lezer op het hart drukt om naar een film te kijken alsof het het leven zelf is. We danken Voogt, Plaisier en Van Hell hartelijk voor hun inzet.

Ger Groot contempleert in dit nummer over het feit dat hij erin is geslaagd om zich te verheffen boven zijn afkomst. Ook in het komende jaar kunt u de essays van deze ongekroonde denker des vaderlands blijven lezen in Wapenveld. Wij zijn daar als redactie erg content mee. In een interview met Floris Cohen blijkt dat de spanning tussen geloof en wetenschap niet van vandaag of gisteren is. Het interview gaat ook over de leermeester van Cohen: de erudiete maar helaas vergeten Reijer Hooykaas. Gertine Blom verwelkomen we als nieuwe columniste. Zij is theoloog en woont in Cambridge. Als jeugdwerker in de Anglicaanse kerk, gaat ze ons meenemen in haar zoektocht naar een vrij, vroom en vrolijk leven. Welkom in ons midden!

De abonnementsprijs van Wapenveld is al zeven jaar onveranderd gebleven. We zijn de abonnees die elk jaar een overbetaling doen erg dankbaar. De afgelopen jaren hebben we altijd rond kunnen komen, maar met het oog op stijgende kosten zullen we in het nieuwe jaar een kleine verhoging doorvoeren naar 32,50 euro. Ook het tarief voor een PDF-abonnement stijgt iets, nl. naar 20 euro, maar het studentenabonnement houden we gelijk (op 20 euro)