Johannes op de Areopagus

Over De magie van het geloof van Kees van Ekris

Abstract

In De magie van het geloof heeft Kees van Ekris iets weg van een gashond. We zien hem met zijn neus dicht bij de grond door de straten gaan. Wat ruik ik? Is het hier veilig of het stinkt het? Het levert volgens Niels den Hertog een onconventioneel boek op, publieke theologie op zijn best. Maar maken we ons niet kwetsbaar voor gevaarlijke romantiek?

In zijn boek Ik geloof maakt A.A. van Ruler in het hoofdstuk over de heilige Geest een vergelijking met Kees de gashond, ‘die een uitermate scherp zintuig had voor elk vleugje gas in de huizen van Utrecht.’ Wie op het internet zoekt, vindt al snel videobeelden: met de neus vlak langs de grond leidt het dier zijn baasje van de Utrechtse energiemaatschappij door de straten van de stad. Waar het baasje niets ruikt, slaat Kees aan en waarschuwt: een gaslek! De hond heeft zo’n goed ontwikkelde reuk, dat hij op zeker moment resoluut over een tuinhek springt, naar een voordeur loopt en aanslaat, waarop het baasje bij de betreffende woning aanbelt. Een nietsvermoedend echtpaar – man leest rustig de krant, vrouw is met andere dingen bezig – blijkt inderdaad gaslekkage in huis te hebben en ontsnapt dankzij Kees aan een vreselijk lot.

Kees van Ekris deelt niet alleen zijn voornaam met de wereldberoemde hond. Net als Kees de gashond heeft hij scherpe zintuigen en in zijn De magie van het geloof zien we hem door de straten van Nederland gaan met zijn neus dicht bij de grond: wat ruik ik? Is hier goede, veilige lucht of stinkt het hier? Het levert een onconventioneel, maar zeer belangrijk boek op. Publieke theologie op z’n best. Grote theologische vragen blijken in de publieke ruimte voor het oprapen te liggen en om inbreng vanuit de theologie te roepen.

Johannes op de Areopagus
Bij zijn benoeming tot Theoloog des Vaderlands had Van Ekris gezegd dat hij graag uitgenodigd wilde worden om op verschillende plekken in de samenleving een dag mee te lopen. Van allerlei kanten kwamen uitnodigingen naar hem toe en zo kwam hij binnen bij een grote bank, bij een voetbalclub, in de politiek, in de GGZ, in de wereld van de muziek en in de wereld van AI – op al die plaatsen blijkt Van Ekris nauwelijks moeite te hoeven doen om diepere lagen op het spoor te komen. In dit boek doet hij verslag van de ontmoetingen die hij gehad heeft – en keer op keer ligt de theologie dicht onder de oppervlakte. Opvallend overigens hoeveel uitnodigingen hij kreeg – blijkbaar is er echt openheid om te horen wat theologie heeft in te brengen. Het idee dat niemand daarop zit te wachten, blijkt aan herziening toe.

Dit artikel komt een jaar na publicatie beschikbaar. Neem een abonnement als je het hele artikel nu al wil lezen.