Dogmatiek voor mannen?

Er was er één en die haakte ook nog vroegtijdig af, overigens niet uit gebrek aan belangstelling. Ik zei er iets over bij het eerste college: zeg heren, wat is er mis met dit vak? Er zijn helemaal geen dames?! Ik geef twee mastervakken aan de VU in de eerste periode en op dit moment doen daar vijftien mannen aan mee. Ik ervaar de afwezigheid van vrouwen als een gemis, omdat ik me afvraag waarom vrouwen kennelijk geen belangstelling voor mijn vak hebben, althans de overweldigende meerderheid.

Ach, zei iemand, een vrouwspersoon overigens: het is toch net zoals bij wiskunde?! Exact is ook niks voor vrouwen. Vrouwen doen graag iets praktisch en dogmatiek is nu eenmaal nogal abstract. Dat vrouwen graag iets praktisch doen, geldt in ieder geval niet voor alle vrouwen. De identificatie van dogmatiek met exact is ook niet vanzelfsprekend. Dat je van dogmatiek een oefening in abstractie kunt maken, waarbij het denken over God zoiets wordt als hogere wiskunde, dat is wel waar, maar zou dogmatiek zoiets moeten zijn? En trouwens, de manier waarop ik in deze periode dogmatiek geeft, is zo alfa als het maar kan. We lezen teksten van klassieke auteurs – wel mannen natuurlijk – en praten daarover vanuit allerlei perspectieven. Niet veel anders dan vrouwen bij het vak Nederlands zouden kunnen doen, ook al lezen wij geen romans.

Dogmatiek is een mannenvak. Dat is toch niks nieuws? Toch zit er meer aan vast dan je denkt. Neem alleen al het feit dat dogmatiek over waarheid gaat, althans volgens velen. Niet zomaar een waarheid, maar de laatste waarheid, want de waarheid over God. Het is toch eigenlijk veelzeggend dat ten minste vijftig procent van de mensheid dat discours totaal niet belangrijk vindt? Je kunt zeggen dat dat heel wat zegt over vrouwen, maar het zegt net zoveel over mannen. Blijkbaar is het heel goed mogelijk om je geloofsleven vorm te geven zonder je zo druk te maken over wat nu precies correct gezegd is en wat niet. Trouwens, als het gaat om kerkelijke betrokkenheid in allerlei hoeken van de kerk, dan is de situatie eerder omgekeerd. Als ik iets onorthodox mag zeggen: vrouwen zijn van nature geloviger dan mannen. Er is natuurlijk wel degelijk een heleboel aan dogmatiek gedaan door vrouwen in de afgelopen decennia en zelfs ook in vroeger eeuwen, opvallend genoeg vooral in de mystieke traditie, met indrukwekkende resultaten. Toch sijpelt dat werk maar heel spaarzamenlijk door in de ‘mainstream’ systematische theologie. Aan de VU wordt feitelijk nauwelijks feministische theologie gedoceerd. Dat heeft onder andere te maken met de weerbarstigheid van een academisch discours. Voordat feministische theologen in het illustere gezelschap van dogmatici worden toegelaten en vanuit hun eigen perspectief dogmatiek kunnen vormgeven, moeten ze eerst laten zien hoe goed ze zijn in de mannenmanier. Het is een beetje zoals het gnostische Evangelie van Thomas zegt: je moet als vrouw eerst man worden om het Koninkrijk van God binnen te kunnen gaan.

Maar zelfs als je de feministische theologie meerekent, ben je van succes onder vrouwen nog niet verzekerd. Ik heb ooit twee uur lang een tekst van Elisabeth Schüssler Fiorenza staan verdedigen tegenover een publiek dat echt niet alleen uit mannen bestond. Wat vrouwen als goede theologie zien, moeten ze zelf beslissen. Dat kan ik als man niet voor ze doen. Bovendien, zoals ook mannen niet allemaal dezelfde theologische standpunten hebben, geldt dat ook voor vrouwen. Daarom zoek ik nu vooral een antwoord op een praktische vraag: hoe krijg ik meer vrouwen in mijn mastermodules? Tips zijn welkom, maar let op: alleen van vrouwen!