Bijwerkingen

Column

Ze staan meestal in kleine letters op de bijsluiter van medicijnen: bijwerkingen. Als je ze allemaal zou krijgen, kun je de medicijnen maar beter laten staan. Maar gelukkig is dat niet zo. Denken we. Nog onlangs zette hoogleraar Anita Hardon in de Volkskrant uiteen dat het netto positieve effect van veel medicijnen klein is en dat veel bijwerkingen vaak onderbelicht blijven. En zij is niet de enige die dit beweert. Over een bepaald soort bijwerkingen woedt al jaren een vinnige strijd in ons landje. De hoofdrolspelers zijn het RIVM, de overheid en de Nederlandse Vereniging Kritisch Prikken (NVKP). Het RIVM is een eerbiedwaardig instituut in Bilthoven, bevolkt door wetenschappers met kennis van zaken, onder meer van het menselijke immuunsysteem. De NVKP is de club van kritische lieden die ervan overtuigd is dat het gemiddelde vaccin meer schade toebrengt dan de Nederlandse overheid beweert. In hun eigen niet mis te verstane bewoordingen: ‘Hoeveel vaccins krijgt een baby van nog maar 7 à 9 weken oud tegelijk? Vijf vaccins, namelijk difterie, kinkhoest, tetanus, polio en Hib. Zo'n drastische medische ingreep, het inspuiten van vijf ziektestoffen tegelijkertijd is te veel en te vroeg.’ Het wetenschappelijke proza van het RIVM gaat hier lijnrecht tegenin: ‘In zekere zin geldt hoe eerder vaccineren hoe beter. Het is belangrijk dat kinderen immuniteit hebben voordat besmetting met de ziektekiem optreedt.’

Niemand ontkent dat inentingen bijwerkingen kunnen hebben. Vaders en moeders onder ons oordele zelf: hoe vaak hoor je niet van griepjes, koudjes en huiltjes na een inenting? Om deze reden bestaat er een speciale meldprocedure voor bijwerkingen. Zo werden er in 1999 bijvoorbeeld 1197 bijwerkingen gemeld voor 600.000 gevaccineerde kinderen, 0.2 % dus. Zijn de bijwerkingen ernstig? Het ligt er maar aan aan wie je het vraagt. ‘Het bestaande bewijsmateriaal suggereert dat vaccinatie verantwoordelijk is voor een wijdverspreide terugval van de gezondheidstoestand.’ Of: ‘Voor alle bijwerkingen geldt dat ze spontaan verdwijnen en geen blijvende schade aanrichten.’ Hier geloven de kritische prikkers in ieder geval niets van. Worden alle bijwerkingen, ook de ernstige, wel echt gemeld? En als ze worden gemeld bij het consultatiebureau, worden ze dan niet vaak afgewimpeld? Wie de lijst ernstige ziektes die in verband worden gebracht met inentingen op zich in laat werken is zijn onbezorgdheid voorgoed kwijt. De NVKP vindt inmiddels gehoor binnen de samenleving. Meer en meer kritische ouders weigeren één of meer inentingen voor hun baby. Wie bij bezwaren tegen inentingen nu nog denkt aan Staphorst in de jaren ’70, heeft het goed mis. Het percentage gevaccineerden neemt alleen in de bible belt nog toe!

Recent was er een succesje voor de NVKP en de belangenverengingen van kritische ouders die inmiddels zijn ontstaan. De Gezondheidsraad gaf toe dat er bij kinkhoestinentingen te veel bijwerkingen zijn en mede daarom moet worden omgezien naar een ander vaccin. In totaal gaat het om 8000 ernstige bijwerkingen per jaar. Daar komt bij dat in 1996 en 1997 zich een kinkhoestepidemie voordeed in Nederland waarbij ook gevaccineerde kinderen werden getroffen. Werk aan de winkel voor het RIVM dus. Daar zitten vast weer een paar proefschriften in.

Over de vraag wie er nu gelijk heeft, de wetenschappers of de straatvechters, is het laatste woord nog niet gezegd. Wie iets weet van de werking van een vaccin moet volgens mij minstens twee dingen zeggen: het is fascinerend om op deze manier het menselijke immuunsysteem te triggeren tot het aanmaken van antilichamen die ziektekiemen uitschakelen én: op geen enkele manier is te garanderen dat het vaccin geen andere, ongewenste neveneffecten zal hebben. Daar moet goed onderzoek naar gedaan worden en het heeft er nu alle schijn van dat dat niet altijd gebeurt.