Optimisme en geweld in Italiaanse series

Filmvenster

Twee Italiaanse miniseries behandelen de naoorlogse periode aan de hand van eigentijdse thema’s. Een vergelijking tussen de serie La Meglio Gioventù uit 2003 en het recente l’amica Geniale (2018-heden) laat fraai zien hoe het perspectief verschoof van optimisme over de toekomst naar geweld en man-vrouwverhoudingen.

Vanaf 2016 woonde ik een tijd in het Italiaanse Florence; die periode vergrootte mijn fascinatie voor dit land. De rijke geschiedenis van de Etrusken en Romeinen en de stadscultuur van de Renaissance zijn overbekend, maar ook het meer recente verleden sprak tot mijn verbeelding. De radicale politiek van Italië kwam ik soms onverwacht tegen. Het was bijvoorbeeld onvergetelijk om tijdens een wandeling in Bologna een jonge communist tegen te komen en te discussiëren over de marxistische interpretatie van de Franse Revolutie. En wat te denken van de fascistische partij ‘Fratelli d’italia’ die campagne voerde voor de deur van mijn Florentijnse supermarkt.

De Italiaanse geschiedenis biedt ontelbare aanknopingspunten waaruit kunstenaars volop putten. Dat geldt ook voor filmmakers. De miniserie La Meglio Gioventù werd in 2003 gemaakt door regisseur Marco Giordano en volgt het pad van twee broers vanaf hun puberjaren in de jaren ’60 tot ongeveer het jaar 2000, en dat in ongeveer 400 minuten. Een meer recente serie is De geniale vriendin (L’amica Geniale). Dit is een verfilming van een reeks boeken, de zogenaamde ‘Napolitaanse romans’, van de auteur Elena Ferrante. Met tot nu toe 2 seizoenen is deze serie veel uitgebreider. Ook qua publiciteit heeft deze filmreeks een veel bredere basis. Ferrante is een auteur die nooit in de publiciteit treedt, wat de speculatie over haar (of hem) alleen maar voedt. Maar het zijn vooral de inhoud en vertelwijze van De geniale vriendin die prikkelen.

Er zijn vele manieren om een historisch verhaal te vertellen. De slechte variant: een historische gebeurtenis al te expliciet opzadelen met moderne normen. De film Kingdom of Heaven uit 2005 draait bijvoorbeeld om de kruistochten uit de middeleeuwen. De hoofdpersoon worstelt echter met een wat postmoderne vorm van geloofstwijfel. De manier waarop de dialogen vol twijfel de verbeelding doodslaan is vrij ironisch.

Geloofwaardig
Toch is het tegendeel – namelijk dat een goede historische film alleen maar het verleden moet weergeven – ook niet waar. Goed betekent vooral geloofwaardig. Dat houdt wat mij betreft in: een invalshoek vanuit het heden gebruiken om naar het verleden te kijken. Dat is wat historici voortdurend doen. Geschiedschrijvers afkomstig uit de arbeidersklasse keken na de oorlog met een eigen blik naar het verleden, vrouwen en mensen met een migratieachtergrond bevragen nu bestaande interpretaties door met nieuwe perspectieven te komen.

La Meglio Gioventù doet dit door het pad van twee broers te volgen; beiden studeren zij aan de universiteit. Zij komen uit de gegoede burgerij, net als hun vrienden citeren ze vrolijk De Kersentuin van Tsjechov. Nicola en Matteo gaan echter verschillende paden na een ontmoeting met de jonge vrouw Georgia, ontoegankelijk en psychiatrisch patiënte. Matteo gaat bij de politie en in het leger; hij wordt een ‘verloren zoon’, niet helemaal opgewassen tegen het leven. Nicola studeert medicijnen en wordt psychiater, vastbesloten om de vastgeroeste psychiatrie te hervormen.

De thematiek van deze serie uit 2003 hoort bij de periode daarvoor, voorafgaand aan 9/11. Geweld en andere maatschappelijke problemen zijn ruimschoots aanwezig, maar optimisme over de toekomst voert nog de boventoon. Nicola krijgt een relatie met een communistische vrouw die langzaam radicaliseert. Zij raakt betrokken bij de linkse terroristische beweging Brigate Rosse, verantwoordelijk voor een reeks moorden in de jaren ’70 en ’80. Ook vanaf de rechterkant dringt geweld zich op. In 1992 worden op Sicilië de onderzoeksrechters Falcone en Borsellino met twee zware autobommen door de maffia vermoord, een nationaal trauma is het gevolg. Intussen maakt Nicola zich druk om psychiatrische ziekenhuizen, waar patiënten met elektroshocks worden behandeld. Italië moet meer op Nederland lijken

Het optimisme voert de boventoon. De zus van Nicola en Matteo vertrekt na de brute moorden naar Sicilië om als magistraat de maffia te bestrijden. Nicola treedt patiënten humanistisch tegemoet, waarop Georgia en vele anderen hun evenwicht in het leven hervinden. De econoom Carlo, vriend en zwager van Nicola, blijkt een exponent van de Derde Weg van Clinton en Blair; hij droomt van een beter Italië, zonder corruptie. Italië moet volgens hem meer op Nederland gaan lijken. Met de kennis van nu is dit alles naïef, zoals wat betreft de maffia, of gedateerd, zoals de principiële kritiek op elektroshocks en vertrouwen in zelfredzaamheid van mensen.

In De geniale vriendin geen spoor van dergelijk optimisme. Het verhaal sluit aan bij twee heel andere thema’s die nu de boventoon voeren in de geschiedschrijving. Enerzijds de neiging om patronen van onderdrukking te onthullen en de gemarginaliseerde stemmen uit het verleden te laten klinken, van vrouwen en homoseksuelen tot niet-westerse mensen. Deze neiging om onderdrukking te onthullen staat enigszins op gespannen voet met een ander thema, namelijk het tonen van ‘agency’ van die onderdrukte groepen. Het doel van deze insteek is: duidelijk maken dat de geschiedenis niet bepaald wordt door machtige witte mannen, maar ook door al die anderen die zich aan de rand bevinden.

Theoretisch staan beide invalshoeken tegenover elkaar, in de praktijk ligt dat minder moeilijk. Dat laat ook De geniale vriendin zien. Het decor is het Napels van na de oorlog. Napels ligt ten zuiden van de ‘mezzogiorno’, een denkbeeldige lijn die het rijke Noord-Italië scheidt van het armoedige gebied ten zuiden van Rome. Tijdens de Tweede Wereldoorlog merkte de Britse officier Norman Lewis cynisch op dat de waterdragers in Napels nauwelijks verschilden van afbeeldingen gevonden in Pompeï. Er was weinig veranderd in 2000 jaar.

Gewelddadige mannen
Die armoede vormt ook de achtergrond waarin twee jonge meisjes opgroeien in een buitenwijk van Napels. Elena en Lila zijn de dochter van respectievelijk een portier en een schoenmaker. Lila gaat vol zelfvertrouwen haar eigen gang, Elena blijft observerend aan de zijlijn staan. De geniale vriendin thematiseert eigenlijk voortdurend drie lijnen. Enerzijds groeien de vriendinnen Elena en Lila op in een samenleving waarin gewelddadige mannen de dienst uitmaken. Vaders en broers bepalen met harde hand wat er gebeurt, terwijl de maffia (Comorra) de samenleving steeds meer in zijn greep krijgt. Dit is de onderdrukking die nu centraal staat in de geschiedschrijving. Anderzijds draait deze filmreeks ook om ‘agency’; Lila en Elena gaan geleidelijk hun eigen weg. Deze twee lijnen worden gecombineerd met een subplot: de snelle maatschappelijke veranderingen; de waterdragers van Lewis maken plaats voor nieuwbouw, auto’s en mode.

Deze drie thema’s worden vooral in het eerste seizoen subliem gecombineerd aan de hand van de rivaliteit tussen de vriendinnen. Lila weet als jong meisje Elena volledig te overbluffen met haar kennis en durf. Eiggenlijk blijft die rivaliteit steeds bestaan. Elena kan wel verder studeren, maar Lila probeert haar zowel aan te moedigen als naar de kroon te steken. Ook in het zwakkere tweede deel van De geniale vriendin blijven ze rivalen, dit keer in hun strijd om de liefde van Sarratore. Elena is aanvankelijk vooral een personage in het verhaal van anderen. De geniale vriendin toont echter subtiel haar langzame emancipatie. Het is Elena die de kans krijgt om uiteindelijk te studeren. Langzaam maakt zij haar eigen keuzes. Zij wordt uiteindelijk de gevierde schrijver van de ‘Napolitaanse Romans’ en is de verteller van dit historisch drama. Slachtofferschap én handelingsvermogen van de onderdrukten

De geniale vriendin is meesterlijk, zowel vanuit historisch als cinematografisch oogpunt. Allereerst vanwege de kwaliteit van het acteerwerk, dat versterkt wordt door het Napolitaanse accent van de protagonisten, die een knauwerige versie van het Italiaans spreken. Ook Napels, Pisa en de Amalfikust komen fraai in beeld. Iets dieper stuiten we echter op twee centrale thema’s uit de hedendaagse geschiedschrijving, onderdrukking en slachtofferschap enerzijds en ‘handelingsvermogen’ van de onderdrukten anderzijds. De geniale vriendin toont niet te opzichtig hoe ingewikkeld beide door elkaar lopen. Lila komt in opstand tegen de gewelddadige mannen van Napels; zij viert daarbij kleine overwinningen, maar lijkt toch het onderspit te delven. Bij Elena ontbreekt het aanvankelijk juist aan handelingsvermogen, maar ze ontwikkelt langzaam haar eigen perspectief.

Tot slot, de serie en haar succes werpen licht op de preoccupaties van het heden. Het vooruitgangsgeloof en optimisme van de jaren ’90 hebben plaatsgemaakt voor allerlei zorgen over de mensen die zich aan de randen bevinden. Het contrast tussen het optimisme in La Meglio Gioventù en het geweld uit De geniale vriendin toont dat aan.  

G. Schutte is historicus en werkt aan een promotiestudie naar achttiende-eeuwse politieke economie aan het EUI in Florence.