Redactioneel

Het is niet zo moeilijk om kritisch te zijn op ons kapitalistische systeem. Bij geld verdienen alleen kan een mens immers niet leven. Maar op een of andere manier lijkt het kapitalistische systeem dat zelf niet te weten en stampt het links en rechts heel wat bloemen kapot. In dit nummer van Wapenveld plaatsen we serieuze kanttekeningen bij deze cultuurfilosofische onderbuikgevoelens. Ze zijn veel te makkelijk. Ga maar na: dankzij kapitalisme en economische groei is er in veel landen veel minder armoede. En zo is er nog wel meer goeds te zeggen over ons economische systeem, waar zelfs de zwaarste critici dagelijks van profiteren.

Volgens Govert Buijs en Jan Peter Balkenende in hun recente boek Capitalism Reconnected doen we er goed aan reparatiewerk te verrichten en het kind niet met het badwater weg te gooien. Ze hebben daarom een nieuwe term gemunt voor hun variant: verantwoordelijk kapitalisme. In hun kloeke boekwerk van 400 pagina’s doen zij hun best de lezers hiervoor in te nemen. Arjen Siegmann, hoogleraar christelijk- sociaal denken aan de VU, debuteert in ons blad met een lezenswaardige samenvatting en evaluatie van het boek van de beide hoogleraren. Hij schetst met vaart de pointe: kapitalisme moet zich verhouden tot vaste waarden en overtuigingen. Haast plagerig wijst Siegmann op een aantal dilemma’s die dit boek oproept. Een ervan vloeit voort uit de nadruk die wordt gelegd op waarden en cultuur. Waarden zijn er eenvoudigweg, ze zijn niet maakbaar. Hoewel de schrijvers dit volgens Siegmann heus wel weten, doen ze toch hun best om nieuwe waarden te ontwikkelen.

Het artikel van Siegmann is een tweeluik met het pleidooi van Ard Jan Biemond voor een economie die rechtdoet aan de mens. Biemond heeft speciaal voor de lezers van Wapenveld een aantal belangrijke vondsten uit zijn recente proefschrift samengevat. Ook hij is geen systeemcriticus die pleit voor het einde van het kapitalisme of voor economische degrowth. Maar voor losgeslagen kapitalisme waarin een verarmd mensbeeld de boventoon voert, kan hij weinig sympathie opbrengen. Hij trekt lange lijnen in de geschiedenis om te laten zien hoe het christelijk mensbeeld in de economie in ademnood is gekomen. In plaats van de homo economicus stelt hij de homo dignus voor. Het Nederlandse toeslagenstelsel noemt hij als voorbeeld van een veel te complex systeem vol van ondoorgrondelijke regels, alleen geschikt voor calculerende burgers. Het nieuwe kabinet, dat naar verluidt nog aan het studeren is op hoe het nu precies verder moet met de toeslagen, heeft hopelijk het proefschrift van Biemond op tafel liggen.

Ons redactielid Mirjam Bikker reflecteert als politicus in de frontlinie op de verhouding tussen politiek en journalistiek. Daar gaat veel mis en opnieuw komen hier de toeslagen aan de orde. In die affaire is gebleken dat journalisten en politici het slechtste in elkaar naar boven kunnen halen. Door de ruim bemeten berichtgeving over fraude leek het probleem groter dan het was en werden veel te forse maatregelen genomen. Ook hier speelt het mensbeeld dat journalisten en politici hanteren een grote rol. Bikker voert een pleidooi voor goede onderzoeksjournalistiek die meer te bieden heeft dan nieuws dat aansluit bij de onderbuik en de waan van de dag.

De parel in dit nummer is de afscheidsrede van Rob Faesen, hoogleraar middelnederlandse mystiek in Leuven. Hij schrijft over de mystiek van Jan van Ruusbroec, die ooit het geloof in de landstaal tot klinken bracht. De waardigheid van de mens wordt hier gevonden in de ontmoeting van God en mens. Dat heeft de harten van onze voorouders in vervoering gebracht. Een economie die ook recht doet aan deze ontmoeting zou nog niet zo’n slecht idee zijn.