Zij die e-mail versturen

Hier zijn wij, de mensen die e-mail versturen
    we versturen en ontvangen e-mail,
    we kopiëren ze, sturen ze door, slaan ze op en gooien ze weg,
    we verwerken de gegevens en
        werken aan het project,
        houden iedereen op de hoogte –
    en we weten en we controleren en we sturen.
       

We sturen en ontvangen eendimensionale e-mails
    die op hun best duidelijk en ondubbelzinnig zijn
    en dan komt u – adembenemend – en nodigt ons uit om te zingen.
    Uw aanwezigheid alleen al nodigt u onze stem uit;
    Uw woord geeft u ons ritmische zinnen vol lof
        die wij zingen, zeggende Halleluja, Halleluja
    Uw gezangboek heeft al die stemmen
        van dankbaarheid en van verwondering.
    U, met die misleidende afwezigheid,
        nodigt ons uit tot jammeren en protesteren en klagen
    Al ons zingen is voor u,
        vol lof, dankbaarheid en vol vragen.

We zingen het beeld en de voorstelling en de parallel en de metafoor.
We zingen in de volheid van de regels van onze gemeenschap.
We zingen en we komen nader tot elkaar, en tot u.
We zingen. Dingen lijken nieuw. En dan is het moment voorbij
    En denken we weer aan e-mail: Hoeveel pagina’s?
                    Wanneer moet het klaar zijn?
                    Moet het met aantekeningen?
    We zijn nu eenmaal hopeloos van de e-mail
    dus we bidden u, in de kracht van uw geest,
    geef ons dagen, doordrenkt met gezang
    en verlos ons van door e-mail gedomineerde nachten
    geef ons een ander ritme
        van twijfel en belofte,
        van moed en hoop,
        van vertrouwen en gehoorzamen.

Geef ons de moed de wereld van de e-mail te weerstaan
    en dichter bij uw manier van werken te komen,
        te vinden in de wind.
    We bidden het vleesgeworden woord terug,
en we bidden, kom haastig
    en dan zeggen we Amen.

 

Uit Prayers for a Privileged People
door Walter Brueggemann
Vertaling: Jacqueline Vorst