Redactioneel

Op 30 november houdt de RRQR haar congres. Dit keer staat de geloofsoverdracht centraal. In het vorige nummer van Wapenveld heeft Wim van Dorp duidelijk gemaakt waarom het RRQR-bestuur dit thema relevant vindt. In dit nummer treft u, ter verdere voorbereiding, een interview aan met Agnes Amelink, kerkredacteur bij Trouw, en schrijver van een mooi boek over de gereformeerden. Kern van haar verhaal is dat in een belevingscultuur de bevinding het moeilijk heeft. Wanneer de nadruk verschuift van de inhoud naar de vorm komt de overdracht van existentiële beseffen in de knel. De `hoempapa-sfeer' van de belevingscultuur, die ook de kerken niet onberoerd laat, verhoudt zich volgens haar slecht met de bevinding. Amelink maakt zich zorgen over de reformatorische kerken. `Soms denk ik dat de bewegingen elkaar kruisen. De gereformeerden hebben veel van zich afgeschud en de goeie onder hen beginnen langzamerhand in te zien dat er iets fout is gegaan. Tegelijkertijd zie je echter op reformatorisch erf een min of meer tegengestelde beweging.' Amelink is niet makkelijk in een hokje te stoppen, zo blijkt uit het interview. Reden temeer om haar signalen serieus te nemen.

De jaarserie wordt voortgezet met een artikel over `schade aan de ziel' in het onderwijs. Wapenveld-medewerker Bram de Muynck, werkzaam bij een schoolbegeleidingsdienst, schetst de spagaat tussen rendement en vorming dat het onderwijs parten speelt. De moderne kennissamenleving vraagt assertieve, mondige en kundige werknemers, die niet voor een kleintje vervaard zijn. Het onderwijs moet zo ingericht worden dat dit type werknemer afgeleverd wordt. Dat houdt een sterke nadruk in op vaardigheden en competenties. Maar daarbij wil de vorming nog weleens in de knel komen. De Muynck citeert met instemming de pedagoog Ph.A. Kohnstamm (1875-1951) die de nadruk op prestaties in verband brengt met de dominantie in de westerse cultuur van het maken en het produceren boven bezinning en contemplatie. Maar, zegt de Muynck, `menswording is niet te managen'. In het onderwijs moet er oog blijven voor het individuele, het bijzondere. Je studeert niet alleen om een vak te leren. Een beetje mens worden is ook belangrijk. Bij deze vorming is de docent essentieel. Hij of zij moet het voorbeeld geven en zijn. Dat betekent dat de docent niet alleen procesbegeleider is.

De Muyncks artikel sluit aan bij wat Dorien Pessers in Trouw van 28 september jl. laat optekenen. Premier Balkenende heeft ze hoog. `Hij heeft echt nagedacht over wat een samenleving gelukkig en gezond maakt.' Dat het kabinet echter wéér beknibbelt op het onderwijs vindt ze onbegrijpelijk. Voor het herstel van de burgerschapsmoraal is het onderwijs immers essentieel. `Onderwijs, onderwijs, onderwijs. Bildung, bildung, bildung. Cultuur, cultuur, cultuur. De crisis van het burgerschap is een crisis van het onderwijssysteem. Absoluut! Maar wat weten de gediplomeerden die we afleveren van de wereld? Niets, niet veel althans.'

Tot ziens op 30 november. Het programma vindt u in dit nummer.